dinsdag 8 januari 2013

Losgelaten

Laten we wel wezen: ondanks alle goede bedoelingen en soms best aardige uitzicht in de sportschool gaat er niets boven lekker een rondje buiten trappen. Een weersvoorspelling van 10 graden en droog was voor fietsmaatje/collega Quirijn en ondergetekende voldoende om afgelopen zondag de racefiets uit het vet te halen en de duinen in te duiken. En je te verbazen dat je ook om 9 uur zondagochtend bepaald niet de enige bent die de thuissituatie ontvlucht. En naast deze minder oorspronkelijke bezoekers ook nog andere gasten: damherten en Schotse hooglanders bevolken de ook de Bloemendaalse duinen.
Rustig keuvelend naar IJmuiden, oversteken via de zeesluizen en via het Noordzeekanaal, de pont en Spaarndam weer retour naar Haarlem. Mooie, of eigenlijk schitterende start van een nieuw fietsseizoen!

Een goed begin...


Zoals mijn introductiepagina al zegt, heb ik een rekeningetje te vereffenen met een bepaalde berg. Belangrijker nog, we hebben als mensch een veel grotere rekening te vereffenen met een verschrikkelijke ziekte. Omdat één en één in dit geval drie is, was mijn keuze om dit jaar weer mee te doen aan Alpe D’HuZes geen moeilijke. Ik wil namelijk graag mijn steentje bijdragen aan het gevecht tegen zoveel leed.  

Omdat we vorig jaar reeds met ons team deel hebben genomen, hoefden we dit jaar niet de tombola in: we waren reeds vanaf het begin en zonder loting zeker van deelname. Tot onze grote vreugde mogen we ook nog eens rijden op ‘de lange dag’, waardoor de berg zes keer beklimmen tijdstechnisch mogelijk moet zijn (AD6 wordt over twee dagen gereden: één korte dag van 8 uur, één lange dag van ruim 14 uur. Het is nagenoeg onmogelijk om op de korte dag zes keer naar boven te gaan, en als dit je wel lukt dan krijg je waarschijnlijk gedoe met WADA. Wij rijden echter de lange dag, dus kennen iets minder tijdsdruk). Dit alles heeft er toe geleid dat ik de laatste weken van het jaar lustig heb zitten puzzelen op een trainingsschema dat mij moet gaan helpen om blessureleed te voorkomen zodat ik dit jaar wel mijn sportieve doel kan halen. Na veel gereken, doorspitten van de agenda en de kalender is stap één (het opstellen van een schema) me inmiddels gelukt.

Hoe ziet zo’n schema er dan wel niet uit? Nou, vooral groot. En uitgebreid. En met heel veel kleurtjes. Groen voor m’n D1-trainingen (lage intensiteit, gericht op conditieopbouw), geel voor m’n D2-trainingen (hoge intensiteit, gericht op het verhogen van de weerstand die je langdurig kan trappen) en rood voor m’n weerstands- en intervaltraining (pijn, niets dan tranen en gillen om je moeder, gericht op het je ontnemen van alle levensvreugde). Tussendoor nog wat lichtblauwe vakjes, welke als ‘hersteltraining’ opgenomen zijn. En dat dan dus in een excelsheet die ingewikkelder lijkt dan de financiële producten van bijvoorbeeld de DSB-bank zaliger.

Zo staat het plan dus inmiddels op papier in de steigers. Ook kan ik zeggen dat de kop er af is: op 28 december heb ik ‘groen blokje 1’ reeds vorm gegeven middels een dodelijk saaie 90 minuten peddelen op een statieffiets in het sportschooltje. Ook heb ik ‘groen blokje 2’ (105 minuten eveneens dodelijk saai peddelen), ‘geel blokje 3’ (30 minuten op hoge intensiteit) en ‘rood blokje 4’ (intervaltraininkje) reeds af kunnen vinken. Daarnaast heb ik een fijne twee uur zogenaamde core stability oefeningen (gericht op het versterken van m’n romp) op het lijstje ‘gedaan’ kunnen bijschrijven. Alles bij elkaar een lekkere start, en ik merk dat het enthousiasme om het schema door te ploegen bij iedere trap die ik doe verdubbelt. Dit is niet alleen dankzij de endorfine-rush (die echt door geen wondermiddel te evenaren is), maar ook omdat ik me tijdens de uurtjes op de (statief)fiets ruimschoots heb zitten bedenken waarom ik het doe (meer dan waard), dat ik het nu ook echt weer ga doen (het voelt pas echt zodra je kop het gutsen van het zweet hier van af niet meer bij kan houden) en hoe fantastisch het gaat zijn (al is het maar half zo indrukwekkend als vorig jaar..). De kop is er af, ik heb er zin an!